In Nederland worden zorgketens steeds meer winstmodellen, kinderopvang wordt vastgoedstrategie en huurwoningen worden beleggingsobjecten.

Gekaapt door het kapitaal
In Nederland verschenen er in de afgelopen vijf jaar een aantal boeken over de kwalijke impact van financialisering, commercialisering en privatisering op de werking van de openbare sector. Zo was er in 2020 het spraakmakende boek Er zijn nog 17 miljoen wachtenden voor u, waarin Sander Heijne beschreef hoe decennia van bezuinigingen en marktdenken de openbare sector grondig hebben uitgehold. In 2021 liet Herman Tjeenk Willink in Kan de overheid crises aan? geen spaander heel van de opvatting dat openbare diensten als private markten en bedrijven dienen te functioneren. In Gekaapt door het kapitaal, verschenen in 2024, demonstreert Mirjam de Rijk dat de intellectuele beweging die zich bij onze Noorderburen op gang trok voor het herstel van een authentieke openbare sector nog lang niet aan kracht heeft ingeboet.
In het eerste deel richt De Rijk zich op het zichtbaar maken van hoe private equity binnendringt in sectoren die traditioneel tot het publieke domein behoren: zorg, onderwijs, kinderopvang en volkshuisvesting. Daar blijft het echter niet bij. De Rijk maakte ook de verfrissende keuze om een beeld te schetsen van hoe het klassieke bedrijfsleven – van kleinschalige kmo’s tot grote multinationals – steeds meer in de greep geraakt is van financiële spelers die met geld meer geld willen maken. Het klassieke verhaal van een onoverbrugbare tegenstelling tussen de openbare sector en de privésector wordt aldus overstegen. De Rijk maakt duidelijk dat werknemers van zowel de private als de publieke sector er een gedeeld belang bij hebben om de financiële geest terug in de fles te krijgen.
In 2022 kochten private investeerders voor 2,5 miljard euro aan zorgorganisaties op.
De Rijk biedt een simpele maar doeltreffende definitie van private equity. Het zijn fondsen die met het geld van grote vermogensbezitters allerlei organisaties in de private en publieke sector opkopen om deze met oog op winst na enkele jaren door te verkopen. Zeker in de Nederlandse zorgsector gaat het hard. Van de ouderenzorg, tot de geestelijke gezondheidszorg, ziekenhuizen, kinderopvangcrèches, laboratoria en zelfs tandarts- en huisartspraktijken: private equity koopt zich overal in. In 2022 kochten private investeerders voor 2,5 miljard euro aan zorgorganisaties op. Ongeveer twee derde van al die investeringen gebeurde door private equity-fondsen. Zo komt winst als doel op zich centraal te staan in de zorg- en welzijnssectoren.
De grote kracht van dit boek is dat aan de hand van talloze voorbeelden de verdienmodellen van de “sprinkhaankapitalisten” zeer bevattelijk worden uitgelegd. In de geestelijke gezondheidszorg en de ouderenzorg wordt het private kapitaal aangetrokken door de subsidies waarmee overheden de kosten van zorgorganisaties dekken. De zorgorganisaties die doordesemd geraken van de financiële logica van hun eigenaars leggen zich toe op de extractie van deze middelen uit de werking van de zorg. Kenmerkend is de focus op cherry picking oftewel de bewuste keuze voor de meest lucratieve patiënten, diegenen dus die het minst zorgbehoevend zijn. De meest hulpbehoevende patiënten zijn voor de niet-winst georiënteerde stichtingen of openbare zorgverleners. Het resultaat daarvan is een sociale segregatie tussen rijkere en armere ouderen.
Naast deze cherry picking vormt het opkopen van zorgvastgoed en dit vervolgens aan torenhoge tarieven doorverhuren aan de zorgoperatoren een ander vast verdienmodel. Bovendien hebben private equity-fondsen ook een groot belang in de bemiddelings-, uitzend-, en detacheringsbureaus die zorgwerkers als “zelfstandigen zonder personeel” (zzp’ers) verhuren aan zorginstellingen voor een veelvoud van de kost die voor een vaste medewerker zou betaald zijn. Sporadisch citeert De Rijk, die haar werk vooral stoffeerde door talloze interviews af te nemen, een wetenschappelijke studie om haar argumentatie kracht bijzetten. Met een artikel dat in 2023 verscheen in British Medical Journal concludeert De Rijk dat private equity “gepaard gaat met stijgende kosten” en regelmatige een “schadelijke invloed heeft op de zorgkwaliteit.”
In Nederland is de helft van alle kinderopvangcrèches in handen van private equity.
Niet alleen de ouderen, maar ook de kinderen vormen een verdienmodel. In Nederland is de helft van alle kinderopvangcrèches in handen van private equity. De Rijk stelt vast dat de commerciële crèches sterk geconcentreerd zijn in de wijken met relatief hoge inkomens om zo hoog mogelijke uurvergoedingen te kunnen vragen. Als het “rendement” van een vesting te laag ligt, volgt onherroepelijk de sluiting. Ook in deze sector zijn “sale-and-lease-back”-constructies schering en inslag. De echte winst zit hem echter in een praktijk die De Rijk “kralen kopen” noemt. Het komt erop neer dat zoveel mogelijk crèches opgekocht worden en geconcentreerd worden in één vennootschap. Hoe meer crèches, hoe hoger de prijs waaraan het bedrijf doorverkocht kan worden. En dat is het uiteindelijke doel. Duurzaamheid en continuïteit van dienstverlening? Doe dan toch maar flexibiliteit en snelle winst, joch!
In het tweede deel komen de achterliggende oorzaken van de groeiende invloed van private equity en andere commerciële partijen in de publieke sector. Mirjam de Rijk maakt duidelijk dat kapitaal zelden neutraal is. Als er geld in de openbare sector door commerciële partijen wordt gepompt, komt er ook invloed, zeggenschap en druk op rendement mee. Ze laat zien dat deze ontwikkelingen niet "vanzelf" zijn ontstaan, maar het gevolg zijn van de deregulering van de financiële markten en andere keuzes op het vlak van fiscaliteit en monetair beleid. De Rijk stelt in essentie dat er door deze keuzes een structurele overmaat aan kapitaal is, dat op zoek moet gaan naar nieuwe mogelijkheden om rendabel te zijn.
Als er geld in de openbare sector door commerciële partijen wordt gepompt, komt er ook invloed, zeggenschap en druk op rendement mee.
Zorgketens worden winstmodellen. Kinderopvang wordt vastgoedstrategie. Huurwoningen worden beleggingsobjecten. “Taking” is voor het hedendaagse kapitalisme dus belangrijker dan “making”. Niettegenstaande enkele sporadische verwijzingen naar figuren zoals Mariana Mazzucato is De Rijk niet altijd even duidelijk over de denkers waarop zij steunt in de analyse van het probleem. Er is mijn inziens een duidelijke gelijkenis tussen de analyse van Mirjam de Rijk in Gekaapt door het kapitaal en het zogenaamde "capital surplus absorption problem" zoals beschreven door de marxistische geograaf David Harvey.
In The Enigma of Capital (2010) en Seventeen Contradictions and the End of Capitalism (2014), stelt Harvey dat het kapitalisme structureel afhankelijk is van voortdurende groei. Kapitaalaccumulatie leidt tot steeds grotere hoeveelheden kapitaal die ergens rendabel belegd moeten worden. Als er geen winstgevende investeringsmogelijkheden zijn, dreigt stagnatie of crisis. De oplossingen liggen dan in de ontsluiting van nieuwe sectoren, de privatisering en commodificatie van publieke of semi-publieke domeinen of een “ruimtelijke fix” in de vorm van grootschalige investeringen in infrastructuur en vastgoed.
Gekaapt door het kapitaal is geen academisch werk. Maar dat is helemaal geen minpunt. De Rijk schrijft voor een breed publiek en opteert voor helderheid. Waarom? Omdat ze zaken in beweging wil zetten. In het derde en afsluitende deel worden concrete oplossingen gepresenteerd om de greep van private investeerders terug te dringen. De Rijk formuleert lessen die overheden kunnen toepassen om openbare diensten opnieuw te verankeren in publieke waarden. De openbare diensten moeten opereren met een duidelijke missie voor ogen, waarbij maatschappelijke doelen boven winstbejag moeten staan. Daarnaast stelt De Rijk dat de overheid onder meer moet inzetten op coöperatieven en andere democratische bedrijfsmodellen om het bedrijfsleven los te weken uit de greep van financiële spelers. De Rijk wijst tot slot op de noodzaak om de opstapeling van kapitaal aan de top tegen te gaan. Ze pleit voor een vermogensbelasting en een rem op een beleid van de Europese Centrale Bank dat juist de kapitaalmarkten spekt met goedkoop geld.
De Rijk schreef een meeslepend en kritisch werk over hoe de openbare diensten in Nederland in de greep kwamen van private equity. In Vlaanderen zou een werk van die aard over financialisering en commercialisering van essentiële voorzieningen – van zorg tot kinderopvang, onderwijs, openbaar vervoer en huisvesting – zeer welgekomen zijn.
Dries Goedertier
Samenleving & Politiek, Jaargang 32, 2025, nr. 6 (juni), pagina 82 tot 84
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.