Abonneer Log in

Europa, strijd voor de bevrijding van Palestina (en voor het internationaal recht)

De strijd voor de bevrijding van Palestina is de strijd tegen een wereld waarin het geweld dat we in Gaza zien de norm wordt. Het is een strijd die de toekomst van Europa vorm zal geven.

Wanneer een genocide zich heeft voltrokken, wanneer het puin van koloniaal geweld geruimd wordt, wanneer de doden onder het debris van de schande zijn begraven, wanneer we weten dat we beter hadden moeten weten, dan is het altijd opnieuw achterom kijken naar het kantelpunt waarop onmenselijkheid en laffe lethargie de bovenhand haalden. Dan bouwen we musea en monumenten voor wat niet kan worden hersteld. Dan gaan de schimmen – vaak voor jaren – in de schaduw leven.

Dit is misschien wat internationaal recht voor velen is: de taal van het te laat zijn. Het is precies vanuit dit besef – een les die Europa op de meest pijnlijke manier heeft geleerd – dat de naoorlogse internationale rechtsorde de verplichting voorziet om oorlogsmisdaden en genocide niet enkel te bestraffen maar ook te voorkomen. Deze verplichting geldt voor elke staat maar in het bijzonder voor staten die een reële materiële invloed hebben op regimes die dergelijke misdaden plegen, of regimes waarbij een ernstig risico bestaat dat deze misdaden zich zullen voltrekken.

Ik schrijf dit terwijl Israëls geweld tegen het Palestijnse volk tot ‘post-apocalyptische’ horror leidt en hulp blijft dienen als medium van massamoord. Terwijl honger en gedwongen ontheemding het Palestijnse volk versplinteren, van Gaza tot de West Bank. Terwijl de zionistische agenda om het Palestijnse volk definitief te verdrijven expliciet wordt uitgesproken. Terwijl de EU Israël een hand boven het hoofd houdt en daarmee beslist de luide roep om sancties te negeren (er zal met de voor oorlogsmisdaden vervolgde Netanyahu ‘in dialoog’ worden gegaan). Terwijl Europa wapens levert die de genocide dienen en de repressie tegen burgers die zich verzetten opgedreven wordt.

Terwijl Europa’s leiders de aanval op internationaal recht hebben ingezet, trekken Europa’s burgers de straat op.

We blijven al maanden deze manifeste schendingen van het internationaal recht door zowel de EU als prominente EU-lidstaten aanschouwen. Maar terwijl Europa’s leiders de aanval op internationaal recht hebben ingezet, trekken Europa’s burgers de straat op (en de rechtbank in) om die aanval te counteren. Op het spel staat de bevrijding van Palestina, maar ook de toekomst van Europa zelf.

EUROPA’S PLICHT OM GENOCIDE TE VOORKOMEN

De verplichting voor elke staat om genocide en oorlogsmisdaden te voorkomen, staat centraal in zowel het genocideverdrag als in de conventies van Genève. Hoe voorkom je een genocide? Wat valt onder die verplichting en wanneer wordt die geactiveerd? Het International Gerechtshof gaf antwoord op die vragen in een zaak tussen Bosnië en Herzegovina en Servië en Montenegro die volgde op de Bosnische oorlog en de genocide in Srebrenica. Uiteraard, zo stelde het hof, kan niet van elke staat verwacht worden dat die succesvol is in het voorkomen van een genocide. Het kan best zijn, zoals minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot het zwakjes stelde, dat België niet in staat is het genocidaire geweld van Israël te stuiten. Maar succes is niet is noodzakelijk voor de verplichting actie te ondernemen. Het hof geeft een expliciet antwoord op de poging van Prévot om politieke onmacht als excuus in te roepen: deze overweging is ‘irrelevant’, is de conclusie. Elke staat moet alle beschikbare middelen gebruiken die een afschrikkend effect kunnen hebben op een genocidair regime, ook al geven die geen garantie op succes. Dat is de essentie van de verplichting een genocide te voorkomen: de verplichting alle hefbomen te gebruiken die je hebt. Hoe krachtiger die diplomatieke, militaire of economische hefbomen zijn, hoe strenger je wordt beoordeeld.

Vaak horen we dan, zoals ook van premier Bart De Wever, dat geen enkel hof de situatie in Gaza al formeel en finaal als genocide heeft beoordeeld. Maar dit idee dat staten enkel verplicht zouden zijn te handelen wanneer een genocide formeel vastgesteld of veroordeeld is, beschrijft het Internationaal Gerechtshof als ‘absurd’. De essentie van het genocideverdrag is precies om dit te vermijden en staten te verplichten om te handelen zodra ze weten – of redelijkerwijs had moeten weten – dat een ‘ernstig risico’ bestaat dat genocide zal worden gepleegd. Al in januari 2024 werd door het hof – in de zaak van Zuid-Afrika tegen Israël – met urgentie vastgesteld dat er een ‘reëel en onmiddellijk risico’ bestaat op genocide tegen de Palestijnse bevolking in Gaza. Het hof zag Gaza toen al als een plek van ‘dood en wanhoop’ en beschreef de genocidaire taal en logica die de vernietiging drijft.

Na anderhalf jaar is het duidelijk: deze genocide is een collectief project waaraan Europa deelneemt.

Al anderhalf jaar zijn Europese leiders zich van dit ‘reëel en onmiddellijk risico’ bewust. Anderhalf jaar lang al bestaat de verplichting elk middel aan te wenden om genocidair geweld te voorkomen. Anderhalf jaar zijn Europese leiders wapens blijven leveren, economische samenwerking blijven verdedigen, diplomatieke steun blijven verlenen. Na anderhalf jaar is het duidelijk: deze genocide is een collectief project waaraan Europa deelneemt. Laat die vlag in Antwerpen dus maar hangen.

EUROPA’S PLICHT OM DE ILLEGALE BEZETTING TE BEËINDIGEN

Dit geweld begon niet na 7 oktober. Genocide, zoals Noura Erakat het stelt, is de logische uitkomst van elk project dat erop gericht is het land te veroveren en te koloniseren waarop een ander volk leeft. 77 jaar na de Nakba (de ‘catastrofe’), waar honderdduizenden Palestijnen met geweld werden verdreven, wordt opgeroepen voor een nieuwe Nakba die het proces voltooit. De genocidaire taal is oorverdovend. Ook vóór 7 oktober was Israëls bezetting van Palestina – en Europa’s bijdrage aan die bezetting – in strijd met de meest essentiële normen van het internationaal recht: het verbod op annexatie en het recht op zelfbeschikking van volkeren zijn steunpilaren van de moderne rechtsorde (normen met jus cogens status). Die laten geen ruimte voor het zionistische project van kolonisatie.

Het Internationaal Gerechtshof stelde in 2004 al ondubbelzinnig vast dat het Palestijnse volk het recht op zelfbeschikking heeft en dat de vorm die Israëls bezetting aanneemt dit fundamentele recht schendt. Het recht op zelfbeschikking is het recht van een volk om vrij te zijn – vrij om zijn eigen toekomst vorm te geven. Het is de juridische dam tegen het geweld van kolonialisme en vreemde overheersing. In juli 2024, in een baanbrekende opinie, beoordeelde het hof Israëls bezetting van Palestina in zijn geheel. Het hof beschrijft het dagelijkse geweld en de vernedering van de bezetting – de gedwongen ontheemding, de structurele discriminatie en apartheid, het seksuele geweld tegen meisjes en vrouwen, de roof van land en natuurlijke rijkdommen, de annexatie van grondgebied. Het is een kroniek van de horror die het Palestijnse volk doormaakt onder koloniale bezetting.

Het hof stelt dat elke staat onder internationaal recht verplicht is de schending van het Palestijnse recht op zelfbeschikking te bestrijden.

De conclusie van het hof is niet enkel dat de specifieke uitoefening van Israëls bezetting in strijd is met internationaal recht, maar dat de bezetting als geheel illegaal is en onmiddellijk beëindigd moet worden. Het hof voegt daaraantoe, en dit is cruciaal, dat het niet enkel Israëls plicht is de bezetting te beëindigen – en de schade te vergoeden – maar dat elke staat onder internationaal recht verplicht is deze schending van het Palestijnse recht op zelfbeschikking te bestrijden (dit zijn erga omnes verplichtingen). Het hof is expliciet: dit betreft diplomatieke acties maar ook de plicht om af te zien van handel en investeringen die de illegale bezetting in stand houden. Het hof roept op tot BDS (Boycot, Divestment & Sanctions).

Helaas werd de kroniek rond het Schumanplein blijkbaar niet gelezen. Europa is veruit Israëls belangrijkste handelspartner, mede door de preferentiële toegang tot de Europese markt die Israël geniet als gevolg van het associatieverdrag met de EU. De economische hefbomen die Europa heeft zijn significant. Een recente juridische analyse op verzoek van EU-parlementsleden was duidelijk in zijn conclusies: in het licht van de opinie van het Internationaal Gerechtshof moeten de EU en EU-lidstaten hun handelsovereenkomst met Israël schorsen, alle handel die (direct of indirect) met de bezetting samenhangt stopzetten, de financiering van Israëlische projecten of instellingen via EU Horizon 2020 herzien, wapenexportlicenties intrekken en visa voordelen herbekijken.

Europa vergaderde. Europa concludeerde dat Israël inderdaad mensenrechten schendt (en daarmee ook Artikel 2 van het associatieverdrag). Europa keek toe hoe soldaten het vuur openen op moeders en vaders die smeken om voedsel. Europa vergaderde opnieuw. En Europa deed helemaal niets.

EUROPA’S FALEN

Alle maskers zijn afgevallen. Voor het bondgenootschap met Israël is Europa bereid gebleken het internationaal recht opzij te schuiven. Wat komt na de val, wat volgt dit falen? Eén ding is zeker: het wordt onmogelijk voor de EU en haar machtigste lidstaten om zich nog op het internationaal recht te beroepen. Je kan Netanyahu geen diplomatieke, economische en militaire steun verlenen en vervolgens oproepen voor een tribunaal tegen Poetin. Von der Leyens taal van gerechtigheid klinkt nu enkel als ondragelijk cynisme – als as op de tong van de macht. En dat zal zo blijven.

Von der Leyens taal van gerechtigheid klinkt nu enkel als ondragelijk cynisme – als as op de tong van de macht.

Ilja Leonard Pfeiffer beschreef dit als het definitieve einde van de Europese geloofwaardigheid. Als ‘enig overgebleven potentiële hoeder van de internationale rechtsorde’, zo schrijft hij, heeft Europa gefaald, en in het kielzog van dat falen zien we de ruïnes van de ‘mondiale orde’ en de hoop die het project Europa uitstraalde.

Dit is een scherpe en terechte maar ook problematische voorstelling van Europa’s falen. Niet enkel omdat de hoeders van het internationaal recht zich ook elders bevinden (en altijd bevonden), maar bovenal omdat project Europa inherent deel is van de beschavingsstrijd die in Gaza weerklinkt en al sinds het ontstaan van de ‘mondiale orde’ in het Globale Zuiden wordt gevoerd, zoals we ook zien in de fantastische film Soundtrack to a Coup d’Etat (2024). In Wretched of the Earth (1961) schrijft Frantz Fanon, ‘when I search for Man in the technique and the style of Europe, I see only a succession of negations of man, and an avalanche of murders’ [‘Wanneer ik in de techniek en de stijl van Europa op zoek ga naar de Mens, zie ik slechts een opeenvolging van ontkenningen van de mens, en een lawine van moorden’]. Misschien is dit het Europa dat we zien. Een Europa terug van nooit echt weggeweest. Een Europa op haar weg van het licht.

EEN EUROPA VAN DE STRAAT, NIET VAN DE STAAT

Een ander Europa is mogelijk. De monsters die we zien, om Gramsci te parafraseren, leven op de breuklijn tussen het oude Europa dat stervende is, en het nieuwe Europa dat strijdt om tot bestaan te komen. En de strijd leeft. Niet binnen de staat, maar wel op straat – met miljoenen verspreid over Europa.

Ja, het is een strijd voor het einde van de genocide en de bevrijding van Palestina. Maar het is geen louter buitenlandse strijd. Niet enkel omdat Europese staten, België inclusief, zo nauw met het geweld verweven zijn, maar ook omdat, zoals Colombiaans president Gustavo Pietro het zei, Gaza een generale repetitie is voor de rest van de wereld. Gaza, in de woorden van Jessica Whyte, is een laboratorium voor technieken van dood en vernietiging zonder alibi. Zonder al te veel druk of discussie worden de fundamenten opgeblazen van de regels die we na eerdere episodes van horror in de geschiedenis hebben opgesteld: van het VN-Handvest (1945) en het genocideverdrag (1948) tot het vluchtelingenverdrag (1951).

(Extreem)rechtse krachten in heel het Westen kijken mee en zien hun kans. Ze zijn zot van glorie.

(Extreem)rechtse krachten in heel het Westen kijken mee en zien hun kans. Ze zijn zot van glorie. De strijd voor Gaza is de algemene strijd tegen de totalitaire reflex om het recht op te heffen in zones van uitzonderlijk geweld – tegen het onmenselijke geweld dat van Europa’s buitengrenzen massagraven heeft gemaakt. ‘Wanneer je genocide normaliseert’, stelt Noura Erakat, ‘dan blijft er niets meer over … en dan beloof ik je dat niemand veilig is’. De strijd voor de bevrijding van Palestina is de strijd tegen een wereld waarin het geweld dat we in Gaza zien de norm wordt. Het is een strijd die de toekomst van Europa vorm zal geven.

Deze bijdrage verscheen in de Zomerreeks 2025: Make Europe Great Again van Samenleving & Politiek.

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.