In 2020 had nauwelijks nog iemand over "woke" gehoord, in 2025 is het een alledaagse term geworden met een overwegend negatieve betekenis. Wat was de rol van de Vlaamse geschreven pers in dit proces?

© ID/ Hannes Blockx
"Woke" was oorspronkelijk een Afro-Amerikaanse term die opriep tot waakzaamheid voor raciale ongelijkheid en geweld. Vooral na de moord op George Floyd in 2020 werd het een centraal begrip in de Black Lives Matter-beweging. De term werd steeds breder gebruikt, ook verwijzend naar andere vormen van ongelijkheid. Tegelijkertijd nam ook de weerstand toe, vanuit culturele hoek (tegen "deugdpronken" en commerciële recuperatie) maar vooral vanuit politiek rechtse hoek. In de VS werd Ron DeSantis, gouverneur van Florida, een boegbeeld van de "war on woke", ook een centraal thema in de politiek van Donald Trump.
Ondanks de sterk verschillende maatschappelijke en politieke context deed de term ook in Vlaanderen snel zijn intrede. In dit artikel bespreken we de rol van media in dit proces, met een focus op de geschreven pers. De vragen die we stellen zijn: Hoe bereikte "woke" de media-agenda in Vlaanderen? En wat kenmerkt het discours over "woke" in de Vlaamse pers?
PRIMAIRE EN SECUNDAIRE DEFINIEERDERS
Om de rol van media in de introductie van het nieuwe begrip "woke" beter te begrijpen, is het belangrijk stil te staan bij de wisselwerking tussen journalisten en hun bronnen. Hoewel sociale media de voorbije decennia belangrijker werden, blijven de klassieke nieuwsmedia een centrale rol spelen in het berichten over en interpreteren van maatschappelijke thema's. Institutionele actoren zoals politici en experts vinden gemakkelijk toegang tot media en worden daarbij vaak beschouwd als een betrouwbare bron van informatie. Cultuursocioloog Stuart Hall legde vijftig jaar geleden al uit dat die institutionele actoren op die manier fungeren als "primaire definieerders": ze krijgen niet alleen de kans om bepaalde thema's op de agenda te zetten, maar ook om ze te definiëren en interpreteren.
Journalisten blijven meestal binnen de brede grenzen van de discussie die door de 'primaire definieerders' zijn uitgezet.
Journalisten nemen die primaire definities niet klakkeloos over, vaak brengen ze ook andere visies en streven ze naar evenwicht tussen bronnen. Toch blijven ze meestal binnen de brede grenzen van de discussie die door de primaire definieerders zijn uitgezet. In die zin zijn ze "secundaire definieerders", die verder bouwen op de definities en interpretaties van primaire definieerders, vaak personen met een hoge maatschappelijke positie.
METHODE
Om de Vlaamse krantenberichtgeving over woke te bestuderen, combineerden we een kwantitatieve inhoudsanalyse met kwalitatieve discoursanalyse. In de zomer van 2023 gingen we via Google Search Trends op zoek naar de periodes waarin de term "woke" onder de aandacht kwam in Vlaanderen. Zo vonden we een eerste piek in september 2021, gevolgd door een tweede piek in september 2022, en een derde in maart-april 2023. Om na te gaan wat tot deze pieken leidde, verzamelden we via Belga.press alle krantenartikelen die de term "woke" bevatten in drie periodes: 1 september tot 30 oktober 2021, 1 september tot 30 oktober 2022, en 15 februari tot 15 april 2023. We beperkten de zoektocht tot vier kranten: De Morgen, De Standaard, Het Laatste Nieuws en Het Nieuwsblad. Artikels die niet naar de Belgische context verwezen, werden verwijderd; dit leidde tot een steekproef van 226 artikels.
De kwantitatieve inhoudsanalyse gaf een eerste inzicht in het Vlaamse discours over woke. We codeerden het genre (nieuwsbericht, interview of opiniestuk), de actor die de term "woke" in het artikel introduceerde (journalist of niet-journalistieke bron), en de attitude tegenover woke (positief, negatief of neutraal). Voor de kwalitatieve discoursanalyse gingen we dieper in op de thema's, actoren en taalgebruik, met het doel discursieve strategieën op het spoor te komen. In wat volgt gaan we eerst in op de evolutie van de berichtgeving over woke. Vervolgens schetsen we de kernelementen in het resulterende discours over woke. Op basis van dit alles belichten we ten slotte de respectievelijke rol van journalisten en hun bronnen in dit proces.1
EVOLUTIE VAN DE BERICHTGEVING OVER WOKE
De eerste aandachtspiek rond woke in onze steekproef werd veroorzaakt door de speech bij de opening van het academiejaar 2021-2022 door Luc Sels, rector van de KU Leuven. Daarin had hij het over bedreigingen voor de academische vrijheid en de vrijheid van meningsuiting, waarbij hij vooral focuste op de bedreiging van "woke":
"Woke" heeft een activistische, militante kant gekregen waar ik me heel erg ongemakkelijk bij voel. (De Standaard, 27 september 2021)
Wat opvalt is dat Sels, als één van de eerste "definieerders" van woke in de Vlaamse context, eenzijdig focuste op de veronderstelde bedreiging van de zogenaamde "woke-beweging". Een aantal journalisten en academici gingen daar tegen in, maar de toon was gezet. In 2021 werd de term steeds meer gebruikt, vooral in verband met politieke en culturele controverses waarin de vrijheid van meningsuiting bedreigd zou zijn, vaak geduid als "cancel culture".
Gert Verhulst gooide olie op het vuur tijdens de eerste aflevering van de talkshow 'De Tafel van Vier'.
Op 5 september 2022 goot Gert Verhulst olie op het vuur tijdens de eerste aflevering van de talkshow De Tafel van Vier. "Woke" was één van de gespreksthema's, waarbij zowel Verhulst als zijn gast Margriet Hermans herhaaldelijk het n-woord gebruikten en aangaven het probleem niet te zien. In de pers kwam er veel kritiek maar ook veel aandacht voor het programma, waarbij Verhulst zijn kant van het verhaal uitgebreid mocht toelichten:
Ik vind ook nog steeds dat je tijdens discussies het kind bij zijn naam moet noemen. Vandaar de keuze om het n-woord te gebruiken. De manier waarop, de toon, en het gebruik zelf, daar hebben we dus duidelijk een inschattingsfout gemaakt. (De Morgen, 10 september 2022)
Ondanks de overwegend kritische reacties in de pers, zorgde het incident er toch voor dat woke brede bekendheid kreeg. Na Sels, een persoon met veel macht in het academische landschap, kreeg Verhulst als machtige mediaspeler de kans om "woke" te definiëren. Opnieuw lag de klemtoon daarbij op de bedreiging van vrije meningsuiting.
In 2023 was het de machtigste politicus in Vlaanderen, Bart De Wever, die via zijn boek 'Over woke' de term politiek recupereerde.
In 2023 was het de machtigste politicus in Vlaanderen, Bart De Wever, die via zijn boek Over woke de term politiek recupereerde. Hij argumenteerde onder meer dat een militante woke minderheid de media infiltreerde en mensen schuldig deed voelen:
Zo ervaren de mensen dat: dat ze zich moeten excuseren voor de slavernij terwijl ze nooit slaven hadden, bij mensen die nooit slaaf zijn geweest. Dat ondergraaft de tolerantie voor andere culturen, de inzet voor inclusie, de aanpak van discriminatie. (De Standaard, 4 maart 2023)
Ondertussen was woke deel geworden van het alledaagse en politieke taalgebruik. De meeste extreme stem in het debat was Vlaams Belang, dat weliswaar relatief weinig toegang kreeg tot de klassieke nieuwsmedia en vooral op sociale media alle registers opentrok.2 Ook in de aanloop naar de verkiezingen in 2024 viseerden zij woke in hun brochure Cultuurstrijd. N-VA vond in de geanalyseerde periode veel meer toegang tot de pers, naar aanleiding van een aantal woke "incidenten". Eén van de meest opvallende was de controverse rond het Antwerpse Arenbergtheater, waar een aantal multiraciale foto's van Mous Lamrabat uit de inkomhal verwijderd moesten worden. Schepen van Cultuur, Nabilla Ait Daoud (N-VA), vond het "cancel culture" dat deze foto's de plaats ingenomen hadden van de oorspronkelijke portretten van (witte) historische figuren, hierin bijgetreden door partijgenoot Luk Lemmens:
Het zijn figuren die geëerd mogen worden. De woke beweging zou mogen begrijpen dat oude blanke mannen, zoals ik, fier zijn op het verleden. Daar zou ze respect voor mogen opbrengen. (Het Nieuwsblad, 17 maart 2023)
In de pers was veel aandacht voor dit incident, waarbij voor en tegen aan bod kwamen maar ook ergernis groeide over het zoveelste artificieel aangewakkerde brandje.
HET VLAAMSE DISCOURS OVER WOKE
Doorheen de verschillende periodes keren een aantal elementen terug in het Vlaamse discours over woke, dat sterke parallellen vertoont met het Amerikaanse en internationale discours. Zo gaat het vaak over ras (met inbegrip van racisme en dekolonisering) en, in mindere mate, over gender en seksualiteit. Vrijheid van meningsuiting en cancel culture zijn centrale thema's, waarbij cultuur – in enge zin, zoals literatuur en comedy – vaak het strijdtoneel vormt.
Centrale actoren in de bestudeerde periode waren academici (zoals Luc Sels), mediafiguren (zoals Gert Verhulst) en politici (zoals Bart De Wever). Allicht niet toevallig ging het om drie witte mannen van middelbare leeftijd die zich bedreigd zegden te voelen in hun vrijheid van meningsuiting door een machtige woke beweging, terwijl zij zelf toch een machtige maatschappelijke positie innamen en vlot toegang vonden tot de media.
Opvallend is dat woke voorgesteld werd als een uniforme "beweging", die vooral geassocieerd werd met negatieve termen.
Van bij het begin werd woke door deze en andere actoren als een bedreiging voorgesteld. Hoewel slechts een minderheid van de geanalyseerde artikels eenduidig negatief was (21,7%), gingen de meeste andere artikels ook in op de vermeende bedreiging van woke, dat zelden in positieve zin besproken werd. Opvallend is dat woke voorgesteld werd als een uniforme "beweging", die vooral geassocieerd werd met negatieve termen die verband houden met overdrijving (woke activisme, hysterie, extremisme), foute denkbeelden (woke ideologie, charlatans, kwezelarij) en ziekte (woke virus, waanzin). Anti-woke stemmen stelden woke voor als irrationeel, overdreven, moraliserend, intolerant en totalitair, terwijl ze zichzelf voorstelden als toonbeeld van rationaliteit en gezond verstand. Zo ontstond een binaire tegenstelling tussen "wij", de gewone mensen, en “zij”, een machtige maar vaag omschreven woke beweging.
PRIMAIRE EN SECUNDAIRE DEFINIEERDERS
De kwantitatieve analyse gaf een eerste inzicht in de respectievelijke rol van journalisten en hun bronnen in het definiëren van woke. De meeste artikels (58,8%) in onze steekproef waren neutraal, ofwel door geen duidelijke positie in te nemen, ofwel door argumenten voor en tegen "woke" op te nemen. De overkoepelende boodschap leek te zijn: ja, er zijn woke excessen, maar die situeren zich vooral in de VS. En ja, we moeten gevoelig zijn, bijvoorbeeld in ons taalgebruik, maar dat mag niet leiden tot censuur.
Oppervlakkig bekeken lijkt de berichtgeving dus vrij evenwichtig. Toch valt op hoe snel de pers de primaire interpretatie van woke door bepaalde elitebronnen overnam. In de drie geanalyseerde periodes was het telkens een machtige persoon die het debat domineerde en de rol speelde van "primaire definieerder", die woke voorstelde als een bedreiging. Zeker Bart De Wever zette het thema heel bewust op de politieke agenda, terwijl zijn partij bij de meeste woke incidenten betrokken was en telkens olie op het vuur goot. Al in 2022 deed De Wever een ronde van de Vlaamse universiteiten met lezingen over de bedreiging van woke, waarna zijn boek Over woke in 2023 een bestseller werd. Pas in de aanloop van de verkiezingen in 2024 veranderde de partij het geweer van schouder door vooral in te zetten op socio-economische thema's, terwijl Vlaams Belang onverminderd bleef hameren op de gevaren van woke, vooral op sociale media.
Journalisten probeerden evenwichtig te rapporteren, maar volgden daarbij al te gemakkelijk de primaire definitie van woke door anti-woke actoren.
Journalisten probeerden evenwichtig te rapporteren, maar volgden daarbij al te gemakkelijk de primaire definitie van woke door anti-woke actoren. Geprovoceerd door incidenten en controverses voelden zij zich verplicht te schrijven over de (vermeende) bedreiging van woke, waarbij ze grotendeels de denkkaders van de primaire definieerders overnamen en zo de rol speelden van secundaire definieerders. In meer dan de helft van de artikels (54,9%) werd de term "woke" geïntroduceerd door niet-journalistieke bronnen (bronnen, geïnterviewden of opiniemakers). Er werden veel opiniestukken geschreven over het thema (39,8% van het totale aantal artikels), en vooral daarin werd expliciet ingegaan tegen anti-woke stemmen. In de algemene berichtgeving kregen vooral de anti-woke stemmen veel aandacht en konden ze zo hun visie breed ingang doen krijgen. Van bij de start had woke vooral negatieve connotaties, waarbij de oorspronkelijke emancipatoire betekenis van de term grotendeels verloren ging.
HANDIG VIJANDBEELD
De term woke kreeg in Vlaanderen heel snel een negatieve bijklank, waarbij de discussie vooral ging over de vermeende bedreiging die de woke "beweging" vormde voor de vrijheid van meningsuiting. Kranten speelden daarbij een belangrijke rol, als platform voor machtige maatschappelijke en politieke actoren om hun visie op "woke" te verspreiden. Vooral rechts- nationalistische partijen recupereerden de term als handig vijandbeeld, een machtige woke beweging die een bedreiging zou vormen voor "ons", de gewone Vlaming. Onder het mom van de verdediging van vrije meningsuiting werden tegenstemmen het zwijgen opgelegd – een ironische omkering van machtsverhoudingen die momenteel in de Amerikaanse politiek en samenleving verontrustende vormen aanneemt. Wat eerst een onschuldige discussie over woorden leek, wordt nu omgezet in repressieve daden. Het is een evolutie die ons hopelijk in België bespaard zal blijven.
EINDNOTEN
- Voor een meer uitgebreide analyse, zie Dhoest, A. & Paulussen, S. (2024) The mediated construction of “woke”: Emerging discourses and primary definers in the Flemish press. Journalism: theory, practice and criticism. ↑
- Voor een uitgebreide analyse van het Vlaamse discours over woke op X, zie Dhoest, A. (2025) Them! Ingroup-outgroup dynamics in Flemish anti-woke discourses on X. Discourse, Context & Media, 65.↑
Samenleving & Politiek, Jaargang 32, 2025, nr. 5 (mei), pagina 16 tot 21
MEDIA
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.